‘Vele jaren heb ik de weg van de strategie beoefend. Mijn eerste duel vond plaats toen ik dertien jaar was. Mijn tegenstander was Arima Kihei, een zwaardmeester van de Shinto school, en ik versloeg hem. Op 16-jarige leeftijd versloeg ik een belangrijke meester met de naam Akiyama, die uit de provincie Tajima kwam. Op de leeftijd van 21 jaar ging ik naar Kyoto en vocht duellen met verschillende zwaardmeesters van bekende scholen, maar ik verloor nooit.’ (Miyamoto Musashi, Go Rin No Sho, blz 38)
Miyamoto Musashi was een zwaardvechter en tijdens zijn leven al een legende. Hij was de archetypische onaangepaste en onoverwinnelijke ronin die duellen en oorlogen onverslagen doorkwam. Hij creëerde en perfectioneerde een tweezwaarden techniek genoemd de Ni To Ichi Ryu, of Nito Ryu (twee zwaarden) of Niten Ryu (twee hemelen) en is de auteur van ‘De strategie van de Samoerai, Het Boek van Vijf Ringen’ (Go Rin No Sho) een boek over strategie, tactiek en filosofie, dat tegenwoordig nog steeds gretig gelezen wordt.
Musashi’s Ni To Ichi Ryu techniek.
Er wordt gezegd dat de tweehandige bewegingen van tempeldrummers hem inspireerde, maar het is aannemelijker dat de techniek was ontstaan door middel van een natuurlijke selectie door Musashi’s vele strijdervaringen, of van de jitte– (stok) technieken die hem door zijn vader waren geleerd. De jitte werd vaak gebruikt in een gevecht gecombineerd met een zwaard; de jitte pareerde en neutraliseerde het wapen van de tegenstander terwijl het zwaard toesloeg.
‘De naam Ichi Ryu NiTo (Eén School – twee zwaarden) Samoerai, zowel bevelhebbers als soldaten, dragen twee zwaarden in hun gordel. Vroeger werden deze het langzwaard en het zwaard genoemd; tegenwoordig staan zij bekend als het zwaard en het kortzwaard. Laat het voldoende zijn om te zeggen dat, wat de reden ook is, een samoerai in ons land twee zwaarden in zijn gordel draagt. Dat is de weg van de samoerai.’ (Miyamoto Musashi, Go Rin No Sho, blz 49)
‘Ni To Ichi Ryu toont het voordeel van het gebruiken van beide zwaarden. Leerlingen van de Weg van de strategie van de Ichi-school moeten vanaf het begin oefenen met het kortzwaard in de ene en het langzwaard in de andere hand. Dit is een vaststaande waarheid: wanneer u uw leven opoffert, moet u volledig gebruik maken van uw wapens. Het is onjuist om dat niet te doen en te sterven terwijl een van uw wapens nog niet getrokken is.’ Wanneer u een zwaard met beide handen vasthoudt, is het moeilijk om vrij naar links en naar rechts te zwaaien, daarom is mijn methode om het zwaard met één hand vast te houden. Dit is niet van toepassing op grote wapens zoals een speer of een hellebaard, maar zwaarden en kortzwaarden kunnen met één hand worden vastgehouden. Bovendien is het bezwaarlijk om een zwaard met beide handen vast te houden wanneer u op een paard zit, wanneer u over hobbelige wegen rent, over moerassige grond, modderige rijstvelden, rotsachtige bodem of te midden van een menigte mensen. Het vasthouden van het langzwaard met beide handen is niet de ware Weg, want als u een boog, speer of ander wapen in uw linkerhand draagt, heeft u maar één hand vrij voor het langzwaard. Wanneer het echter moeilijk is om de vijand met één hand neer te slaan, moet u beide handen gebruiken.
Het is niet moeilijk om een zwaard met een hand te hanteren; de Weg om dit te leren is, te oefenen met twee langzwaarden, één in elke hand. Dat zal in het begin moeilijk lijken, maar alles is in het begin moeilijk. Bogen zijn moeilijk te spannen, hellebaarden zijn moeilijk te hanteren; wanneer u gewend raakt aan de boog, zal uw greep sterker worden. Wanneer u gewend raakt aan het hanteren van het langzwaard, zult u de kracht van de Weg verkrijgen, en goed met het zwaard kunnen omgaan.’ (Miyamoto Musashi, Go Rin No Sho, blz 49-50)
(..) ‘Volgens de Ichi-school kunt u winnen met een lang wapen, en toch kunt u ook winnen met een kort wapen. Kortom; de Weg van de Ichi-school is de geest van het winnen, met welk wapen en van welk formaat dan ook.’ (Miyamoto Musashi, Go Rin No Sho, blz 50)
Musashi’s boek Go Rin No Sho is opgedeeld in vijf delen, de ringen: Aarde, Water, Vuur, Wind en Leegte, die verschillende aspecten van de Weg belichten. Het boek Aarde zet de basis uiteen van de strategie en die van het dagelijks leven. Het zet de weg van de samoerai uiteen, de geestesgesteldheid en levenshouding die de ware samoerai behoeft.
‘Strategie is het ambacht van de samoerai.’ (Miyamoto Musashi, Go Rin No Sho, blz 41)
’Het is moeilijk om de ware Weg alleen door het zwaardvechten te realiseren. Ken de kleinste dingen en de grootste dingen, de oppervlakkigste dingen en de meest diepgaande dingen. Het eerste boek wordt het boek Aarde genoemd, alsof het een rechte weg is die zich voor ons, op de grond, uitstrekt. Het tweede is het boek Water. Met water als basis wordt de geest als water. Water neemt de vorm aan van het voorwerp waar het inzit; soms is het vloeiend, soms een wilde zee.’ (Miyamoto Musashi, Go Rin No Sho, blz 47-48)
Het boek Water is een gids tot het leren van het gevecht, en beschrijft o.a. verschillende technieken van het hanteren van het langzwaard.‘Woorden zijn niet toereikend om de Weg in detail uit te leggen, maar zij kan intuïtief worden begrepen.’(..) ‘Wanneer u dit boek alleen maar leest zult u de Weg van de strategie niet bereiken. Neem alles wat in dit boek geschreven is goed in u op. U moet niet zomaar wat doen, maar u moet dit goed lezen, in uw herinnering bewaren, en op een manier navolgen dat het principe in uzelf verwezenlijkt wordt en het door grondig oefenen in uw eigen lichaam verankeren.’ (Miyamoto Musashi, Go Rin No Sho, blz 57)
‘Het derde is het boek Vuur. Dit gaat over het vechten. De geest van vuur is woest, of het vuur nu klein of groot is: en zo is het ook in gevechten. De Weg van het vechten is dezelfde voor een man-tegen-man gevecht als voor een veldslag met tienduizend mannen aan elke kant. U moet het leren waarderen dat de kracht groot of klein kan worden. Wat groot is, is gemakkelijk waar te nemen: wat klein is, is moeilijk waar te nemen. In het kort: voor een grote massa mensen is het moeilijk om van positie te veranderen, zodat hun bewegingen gemakkelijk voorspeld kunnen worden. Een individu kan gemakkelijk van gedachten veranderen, en daarom zijn zijn bewegingen moeilijk te voorspellen. U moet dit leren waarderen.’ (Miyamoto Musashi, Go Rin No Sho, blz 48)
Het boek Vuur behandelt onder andere het belang van het naar buiten trekken van de zwakheden van de tegenstander en hier gebruik van maken.
Het boek Wind handelt over tradities, en over het rationele aspect van de strategie; ken je tegenstander, en de sterke en zwakke kanten van zijn strategie. ‘Het is moeilijk jezelf te kennen als je de ander niet kent. Bij alle wegen zijn er zijpaden. Wanneer u elke dag een bepaalde weg bestudeert, en uw geest wijkt ervan af, dan kunt u denken dat u de juiste Weg volgt, maar objectief is het niet de ware Weg. Wanneer u de ware Weg volgt en een beetje afwijkt, zal dit later een grote afwijking worden.’ (Miyamoto Musashi, Go Rin No Sho, blz 49)
Het laatste boek, Leegte, handelt over de mystiek en filosofie van de samoerai. ‘Met Leegte bedoel ik dat wat geen begin noch einde heeft. Het bereiken van dit principe betekent het niet-bereiken van dit principe. De Weg van de strategie is de Weg van de natuur. Wanneer u de kracht van de natuur waardeert, en het ritme van de situatie kent, zult u in staat zijn de vijand op een natuurlijke wijze te verslaan. Dit alles is de Weg van de Leegte. Ik wil in het boek Leegte laten zien hoe men de ware Weg kan volgen, die in overeenstemming is met de natuur.’ (Miyamoto Musashi, Go Rin No Sho, blz 49)
Musashi geloofde dat het ten diepste kennen van de principes van het zwaard leidde tot het kennen van alle mogelijke Wegen. ‘Wanneer u de Weg van de strategie heeft bereikt, zult u alles kunnen begrijpen’ en ‘U zult de Weg in alles zien’. Alhoewel de krijgskunst van oudsher door zen en shinto werd geïnspireerd, en andere samoerai zoals bijvoorbeeld een tijdgenoot van Musashi, Yagyu Munenori fanatieke zenadepten waren, was Musashi duidelijk in het scheiden van religie en zwaardmanschap. ‘Er zijn verscheidene Wegen. Er bestaat de Weg van de verlossing door de wijsheid van Boeddha, de Weg van Confucius die de Weg van de wetenschap beheerst en de Weg van de arts van het genezen. De dichter leert de Weg van de wake (gedicht van 31 lettergrepen), de Weg van de thee, het boogschieten en van vele kunsten en vaardigheden. Ieder mens beoefent datgene waartoe hij zich geroepen voelt. samoerai sluit geen andere Wegen in zoals het confucianisme, boeddhisme, bepaalde tradities, artistieke verworvenheden of de dans. Maar zelfs terwijl deze geen deel uitmaken van de Weg, zult u, wanneer u de Weg in zijn volle omvang kent, deze in alles zien. Ieder mens beoefent datgene waartoe hij zich geroepen voelt. Er wordt gezegd dat de samoerai een tweevoudige Weg heeft, van het penseel en het zwaard, en hij moet voor beide wegen gevoel hebben. Zelfs als iemand daarvoor geen natuurlijke gave bezit, kan hij een samoerai worden door onverdroten vast te houden aan beide aspecten van de Weg. Algemeen gesproken is de Weg van de samoerai het vastberaden accepteren van de dood. Hoewel men weet dat niet alleen samoerai, maar ook priesters, vrouwen, boeren en gewoon volk bereidwillig sterven wanneer de omstandigheden of schaamte hen daartoe dwingen, is dit toch iets anders.’ Miyamoto Musashi, Go Rin No Sho, blz 41
Het begin van de Edo periode (1603-1868) was een tijd dat de martial arts intens ontwikkelde. Er verschenen drie bijzondere boeken over het zwaardmanschap die een invloedrijke uitwerking zouden hebben. Het eerste was: The mysterious Record of Immoving Wisdom (Fudochi Shinmyo-roku), een filosofisch werk dat het zwaardmanschap bekijkt vanuit het perspectief van het zenboeddhisme, geschreven rond 1632 door de zenpriester Takuan Soho (1573-1645).
Takuan Soho (1573-1645)
De ontmoeting van Takuan en Musashi was een ontmoeting tussen zen en zwaardmanschap. Hoewel Takuan zelf uit een samoerai-familie kwam is zijn begrip van de martial arts waarschijnlijk gevoed door Musashi. Toen in 1629, Takuan verbannen werd naar de ver noordelijke provincie Dewa omdat hij openlijk kritiek had op de Togugawa regering, en onder toezicht gehouden werd van daimo Matsudaira was Musashi in 1631 door dezelfde Matsudaira uitgenodigd om zijn zwaardstijl te demonstreren. Naar alle waarschijnlijkheid heeft de daimo deze twee getalenteerde mannen toen aan elkaar voorgesteld. Hoewel Musashi’s boek in tegenstelling tot Takuan’s meer filosofische benadering van het zwaardmanschap vrij praktisch de kunst beschrijft, is de onderliggende geestesgesteldheid van de kunst bij beiden zeer belangrijk; het vrijmaken van de geest, nooit toestaan te stoppen, zelfs nadat het lijkt of de tegenstander verslagen is.
The mysterious Record of Immovable Wisdom (Fudochi shinmyoroku) door Takuan Soho (1573-1645)
Takuan meent dat de geest nooit gefixeerd of gehecht zou moeten zijn. Het zou daarentegen vrij moeten zijn. In een gevecht, meende Takuan zou het tot stilstand brengen van de geest, de nederlaag betekenen. In het eerste essay (van drie) zegt Takuan: ‘no matter where you put it, if you put the mind in one place, the rest of the body will lack its functioning….if you don’t put it anywhere it will go to all parts of your body and extend throughout its entirely.’ Toegepast op het zwaardmanschap betekent dit dat de geest niet gefocust moet zijn op bijvoorbeeld de hand die het zwaard vasthoudt, of op het zwaard zelf, of op de tegenstander. ‘Where One Puts The Mind. We say that:If one puts his mind in the action of his opponent’s body, his mind will be taken by the action of his opponent’s body. If he puts his mind in his opponent’s sword, his mind will be taken by that sword. If he puts his mind in thoughts of his opponent’s intention to strike him, his mind will be taken by thoughts of his opponent’s intention to strike him.
If he puts his mind in his own intention of not being struck, his mind will be taken by his intention of not being struck. If he puts his mind in the other man’s stance, his mind will be taken by the other man’s stance. What this means is that there is no place to put the mind.’
Bron: The mysterious Record of Immovable Wisdom, Takuan Soho, blz 10
(..) ‘No matter where you put it, if you put the mind in one place, the rest of your body will lack it’s functioning.’ ‘Well, then, where does one put his mind.’ I answered, if you don’t put it anywhere, it will go to all parts of your body and extend throughout its entirety. In this way, when it enters your hand, it will realize the hand’s function. When it enters your foot, it will realize the foot’s function. When it enters your eye, it will realize the eye’s function. If you should decide on one place and put the mind there, it will be taken by that place and lose its function. If one thinks, he will be taken by his thoughts. Because this is so, leave aside thoughts and discrimination, throw the mind away from the entire body, do not stop it here and there, and when it does visit these various places, it will realize function and act without error.’
Bron: The mysterious Record of Immovable Wisdom, Takuan Soho, blz 11
(..) ‘completely forget about the mind and you will do all things well’.
(..) ‘Put nowhere, it will be everywhere’.
Bron: The mysterious Record of Immovable Wisdom, Takuan Soho, blz 11
(..) ‘SEEK THE LOST MIND, this is a saying of Meng Tzu (Mencius) (Confucian philosopher). It means that one should seek out the lost mind and return it to himself. If a dog, cat or cock has escaped and run off to some other place, one will look for it and return it to his house. Likewise, when the mind, the master of the body, has gone off on a wicked path, why do we not seek after it and restore it to ourselves? This is certainly most reasonable. But there is also a saying of Shao Yung (11th century Chinese philosopher) that goes, ‘It is essential to lose the mind.’ This is quite different. The general drift is that when the mind is tied down, it tires, and like the cat, it is unable to function as it should. If the mind does not stop with things, it will not be stained by them and will be used well. Let it alone to run off wherever it will.’ Bron: The mysterious Record of Immovable Wisdom, Takuan Soho, blz 13
(..) ‘The effect of tightening up on the mind is to make it unfree. Bringing the mind under control is a thing done only in the beginning. If one remains this way all through life, in the end he will never reach the highest level. In fact, he will not rise above the lowest. When one is in training, it is good to keep Meng Tzu’s saying, ‘Seek the lost mind,’ in mind. The ultimate, however, is within Shao Yung’s, ‘It is essential to lose the mind.’ Among the sayings of the priest Chung-feng was, ‘Be in possession of a mind that has been let go of.’ The meaning of this is exactly the same of Shao Yung’s dictum saying we should let go of the mind. Its significance is in warning us not to search for the lost mind or tie it down in one place.’ Bron: The mysterious Record of Immovable Wisdom, Takuan Soho, blz 14
The No-Mind ‘The No-Mind is the same as the Right Mind. It neither congeals nor fixes itself in one place. It is called No-Mind when the mind has neither discrimination nor thoughts but wanders about the entire body and extends throughout the entire self. The No-Mind is located nowhere. Yet it is not like wood or stone. Where there is no stopping place, it is called No-Mind. When it stops, there is something in the mind. When there is nothing in the mind, it is called the mind of no-mind. It is called No-Mind-No-Thought. When this No-mind has been well developed, the mind does not stop with one thing nor does it lack any one thing. It is like water overflowing and exists within itself. It appears appropriately when facing a time of need. The mind that becomes fixed and stops in one place does not function freely.’ Bron: The mysterious Record of Immovable Wisdom, Takuan Soho, blz 10
Yagyu Munenori (11 mei 1571-1646)
Takuan’s boek bestaat uit drie essays, waarvan twee in originele vorm, brieven waren gericht aan Yagyu Munenori (11 mei 1571-1646), een zwaardmeester in dienst van de shogun (als zwaardmeester en politiek- en militairadviseur). Munenori schreef later ook zelf een boek: The Live Giving Sword (1632), dat voor het grootste deel gebaseerd was op The Mysterious Record of Immovable Wisdom, het werk van zijn mentor. Het door Munenori’s beschreven pacifistische concept van the Art of No-Sword (muto) refereert aan Takuan Soho’s No-Mind, het idee dat de geest totaal vrij moet zijn van alles, van de gedachte aan winnen etc. No-Sword is een oude techniek van het ontwapenen van een tegenstander met blote handen, die door Munenori als volgt beschreven wordt:
‘The significance of the term No-Sword is not necessarily in having to take the sword of your opponent.
(..) ‘No-Sword means not being cut by another, although you yourself have no sword.’
‘If your opponent does not want his sword taken, you should not insist on trying to take it. No-Sword is also in not taking the sword when your opponent has this attitude. A man who is consumed by the thought of not having his sword taken is going to forget the aim of cutting his opponent. And when he thinks only of not having his sword taken, he will probably not cut you.’ Bron: The life-giving sword, Yagyu Munenori, blz 119
‘What is called No-Sword is not the art of taking a man’s sword; it is being able to use all implements freely. When you have no sword and wish to take your opponent’s to use as your own, anything that comes into your hands should be of use. Even if you have only a fan, you should be able to defeat your opponent’s sword. No-Sword is just this attitude.’
(..) ‘No-Sword consists of neither taking your opponent’s sword nor cutting him. But if your opponent is clearly trying to cut you, his sword should be taken. From the beginning, however, the fundamental meaning is not the taking of the sword. It is the clear understanding of distance. There is a certain space between you and your opponent, and you should know the distance that will keep his sword from striking you. If you have a good grasp of the distance, you will not fear the strike of your opponent’s sword; and when you realize that he is going to strike, you can move according to your judgment of that strike.’ Bron: The life-giving sword, Yagyu Munenori, blz 120
‘Paraphrase of the Tao Te Ching:
Fine weapons are instruments of ill omen.
All things seem to hate them.
Therefore the man of the Way avoids them…
Weapons are instruments of ill omen,
And are not those of the Gentleman.
He uses them only when it cannot be helped.
He puts tranquility and indifference at the force,
Comments are closed.